Vorige week hebben we in de Kamer nog een wetsvoorstel gestemd dat broers en zussen het recht geeft om – zo enigszins mogelijk – niet gescheiden te worden. Worden ze toch gescheiden, bijvoorbeeld ingevolge een echtscheiding of bij een plaatsing, dan hebben ze recht op persoonlijk contact. Ik was blij met dat voorstel, en droeg actief bij tot zijn welslagen.
Gisteravond kreeg ik ongevraagd Twitter-steun van Theo Francken bij de promotie van een ander wetsvoorstel dat de Kamer pas donderdag in overweging zal nemen. Dit is ironisch bedoeld, want Theo is het wetsvoorstel niet genegen.
Ons wetsvoorstel – dat ik samen met Els Van Hoof en Franky Demon indiende – gaat over het recht van kinderen op een geweldloze opvoeding. Dit recht is een principe dat door het internationaal recht sterk wordt beschermd, zowel op het vlak van de UNO als in Europa. België is één van de vier Europese landen die hieraan in zijn eigen wetgeving nog niet met zowel woorden gevolg gaf.
Ons wetsvoorstel dient dus om dit principe in het Belgische Burgerlijk Wetboek te verankeren. De bedoeling is duidelijk te maken dat een kind er baat bij heeft om thuis, op school, of waar het ook mag worden opgevoed, in een sfeer te worden behandeld die geweldloos is.
Het wetsvoorstel heeft in geen enkel geval een strafrechtelijke betekenis.
Het VN-Comité voor de Rechten van het Kind zegt het zo:
“Het Comité voor de Rechten van het Kind erkent dat de uitoefening van de ouderrol en de zorg voor kinderen, meer bepaald baby’s en jonge kinderen, onvermijdelijk geregeld gepaard gaan met lichamelijke handelingen en interventies om hen te beschermen, maar die laatste hebben niets vandoen met het opzettelijke gebruik van geweld dat ertoe strekt als straf een zekere mate van pijn, ongemak of vernedering op te leggen.”
Geweldloze opvoeding is een streefdoel voor ons allemaal. Geweld, of het nu verbaal, psychisch of fysisch is, is niet de juiste methode. Dat het velen overkomt om een kind eens een tik te geven, is duidelijk.
Maar, Theo, geweldloze opvoeding valt of staat niet met een eenmalige tik. Het gaat erover dat een kind respectvol wordt opgevoed, met respect voor zijn eigenheid. Dat het zich veilig en geborgen weet. En dat de opvoeder zijn ontwikkeling bevordert (luister hier maar naar Peter Adriaensen).
U kan het wetsvoorstel dat pas donderdag in overweging wordt genomen, hier lezen.