Vice-eersteminister, minister van Justitie en minister van Europese zaken, belast met regie der gebouwen, Koen Geens verwelkomt de beslissing van de ministerraad om een tijdelijke Europese school te openen in Brussel in 2021. Die komt er in afwachting van de bouw van een permanente nieuwe school. De tijdelijke school biedt plaats aan 1.500 leerlingen, het nieuwe gebouw moet er 2.500 kunnen huisvesten. De locatie wordt de oude NAVO-site in Evere.
Minister Koen Geens: “Brussel is de hoofdstad van de EU en de NAVO, daar moeten we voldoende bij stilstaan. De stad biedt een uitvalbasis voor 5.400 diplomaten en 20.000 lobbyisten en is daarmee bij uitstek de belangrijkste diplomatieke stad ter wereld. Haar internationale karakter levert maar liefst 121.000 arbeidsplaatsen en vijf miljard euro aan toegevoegde waarde op voor de Brusselse economie. Die rol moeten we ook maximaal blijven uitspelen. Het aanbieden van internationaal onderwijs speelt daarin een belangrijke rol.”
Oorspronkelijk waren Europese scholen bedoeld om de kinderen van Europese ambtenaren onderwijs aan te bieden in het land van tewerkstelling. Het idee van de Europese school was zo succesvol, dat er meer en meer werden geopend. Ook kinderen van niet-ambtenaren vonden er hun weg naartoe.
Het gaat om officiële erkende openbare scholen die zowel kleuter-, lager als middelbaar onderwijs aanbieden en geleid worden door een overkoepelend Europees netwerk. Er wordt les gegeven in verschillende talen zoals Frans, Engels en de eigen moedertaal. De leerkrachten worden uit alle lidstaten gedetacheerd. Eenheid in diversiteit dus, zoals de slogan van de Unie luidt.
Naast België hebben ook Duitsland, Luxemburg, Nederland, Spanje en Italië al scholen op hun grondgebied. In totaal zijn er al dertien Europese scholen met in totaal bijna dertigduizend leerlingen, waarvan er vier in Brussel gevestigd zijn. Met ook een school in Mol brengt dat het Belgische totaal op vijf.