Dinsdag worden in de commissie Justitie een aantal maatregelen besproken die de toegang tot het gokken aanzienlijk moet beperken.
Sinds de kansspelwet van 7 mei 1999 bestaat er in België een toonaangevend centraal uitsluitingssysteem, waardoor bepaalde personen (hetzij vrijwillig, hetzij als gevolg van een juridische beslissing) geen toegang krijgen tot casino’s, speelhallen en gokwebsites. Het ontwerp breidt dat uitsluitingssysteem nu uit tot de gokkantoren en voorziet op termijn een link met het register van wanbetalers bij de Nationale Bank. Ter vergelijking: in Nederland begint men nu pas na te denken over een dergelijk systeem, dat overigens minder verregaand zal zijn dan het onze.
Gokkantoren zullen zich niet meer kunnen vestigen dicht bij scholen of jeugdhuizen. Ook de gemeentes zullen hun zegje kunnen doen wanneer een nieuw wedkantoor opent en bijkomende voorwaarden kunnen opleggen.
Gemeentes krijgen ook meer bevoegdheden om in te grijpen bij misbruik van krantenwinkels die weddenschappen aanbieden, van cafés met kansspeltoestellen, bingoavonden, tombola’s enzovoort. Alle kansspeltoestellen worden vergunningsplichtig of aan de gemeentelijke toelating onderworpen. Die toestellen zullen niet meer toegankelijk zijn voor minderjarigen. Wedkantoren overigens ook niet.
Ook de leeftijd om deel te nemen aan kansspelen op virtuele, geënsceneerde (sport)wedstrijden werd verhoogd tot 21 jaar, en online zullen deze spelen verboden worden. Frauduleuze weddenschappen, waaronder bepaalde vormen van live betting, zullen verboden worden.
België als koploper
80 procent van die nieuwe regelgeving is al gevat in Koninklijke Besluiten die in werking zijn getreden of uiterlijk op 1 juni in werking treden. Dinsdag zou de resterende 20 procent gestemd worden in tweede lezing in de commissie Justitie van het parlement.
Onder impuls van technologische vooruitgang groeide het online-aanbod van kansspelen de laatste jaren spectaculair. Ze duiken op in de meest uiteenlopende vormen zodat minderjarigen er soms verdoken mee in aanraking komen. Over loot boxes heeft België een ronduit vooruitstrevend beleid gevoerd: de sector werd verplicht om het inzetten van geld in die games af te schaffen.
Gokreclame zet steeds meer mensen (die nooit zouden spelen) aan om een gokje te wagen. Er wordt terecht aangedrongen op duidelijke lijnen.
Daarom werd al beslist om vanaf juni van dit jaar de uitzending van gokreclame tijdens sportwedstrijden voor onlinecasino’s, -speelhallen en -weddenschappen te verbieden op tv, radio, websites en apps. Ook wordt ze verboden voor, tijdens en na uitzendingen voor minderjarigen. Per reclameblok zal nog één reclamespot voor kansspelen mogelijk zijn, met een totaalverbod voor uitzendingen die voor 20 uur plaatsvinden.
Reclame zal dan ook aan tientallen regels moeten voldoen, zoals het verbod op reclame voor bonussen of om sporters of sportclubs te gebruiken in de reclame. Er komt een speellimiet van 500 euro per week over alle gokwebsites heen. Zo’n limiet komt in het buitenland zelden voor.
In het kader van de beperking van het aanbod werd in 2018 ook al beslist dat het aantal gokkantoren wordt verminderd van 700 naar 600.
Le mieux est l’ennemi du bien
In De Morgen van 2 maart suggereerde Joël De Ceulaer om het wetsontwerp Kansspelen van de regering te wijzigen dat al in eerste lezing werd goedgekeurd. Welnu, vooruitgang gaat niet zo snel als we allemaal zouden willen. De hinderpalen zijn talrijk. Voor elke maatregel is het akkoord van zes federale ministers nodig. Bovendien is voor elke mogelijke maatregel waardoor gokken, aldus het Grondwettelijk Hof, “minder aantrekkelijk wordt gemaakt” (zoals een reclameverbod) het akkoord vereist van de Gewesten of een tweederdemeerderheid in het federaal parlement. Bovendien eist Europa dat elke maatregel eerst wordt voorgelegd, waardoor het werk gemiddeld een half jaar stilligt.
Ondanks alles zetten we grote stappen in de voorbije legislatuur en loop ik, in tegenstelling tot wat kwatongen beweren, de goksector niet achterna. Het bewijs van dit laatste zijn de 21 vernietigingsberoepen, door de goksector ingediend, tegen vier Koninklijke Besluiten die de regering-Michel nam over kansspelen.
Dinsdag worden zestien bijkomende medewerkers aangeworven voor de Kansspelcommissie om meer controles op het terrein uit te voeren. Geloof me vrij, in deze tijden van besparing was dit geen sinecure.
In een volgende legislatuur moeten we nog een stap verder gaan. De Kansspelcommissie moet meer bevoegdheden krijgen en een eigen openbaar ministerie met rechtscollege. Een verdere inperking van gokreclame is nodig, een totaalverbod denkbaar. Wie de kansspelwetgeving in een volgende legislatuur in die zin verder wil hervormen, vindt in mij een medestander. Onder één voorwaarde: wie de zaken wil veranderen, houdt ‘het beste’ in het oog voor de lange termijn en doet minstens ‘het goede’ op de korte termijn. Le mieux est l’ennemi du bien.