Voetbal is een ploegsport en duurt negentig minuten. Soms iets langer. Dat bleek de voorbije week ten overvloede. Tegen Engeland speelden we met alle wisselspelers, om iedereen aan bod te laten komen. En toch wonnen we, omdat winnen leuker is dan verliezen. Eerlijk duurt het langst. Die sportiviteit tegen Engeland werd beloond in onze wedstrijd tegen Japan. We zegevierden met het kleinste verschil, 3-2, na een bloedstollende laatste 30 minuten.
Dit elftal kan ver geraken, en zelfs tegen het onoverwinnelijke Brazilië zijn we niet kansloos. Maar dan moeten we wel meer zorg besteden aan onze verdediging. Met slechts drie man achteraan, en twee aanvallende vleugelbacks die niet eens allemaal verdedigers zijn, moet je heel sterk staan. Die aanvallende luxe kan je je bovendien niet tegen iedere tegenstreven veroorloven, ik zei het al in de aanloop naar de wereldbeker.
Dus, trainer, zet Vermaelen maar naast Kompany in het centrum van de verdediging. Beiden herboren. Het zal rust brengen in een ploeg die aantoonde dat ze nu ook kan terugvechten als ze op een serieuze achterstand komt. Ze moeten dat liefst niet nog eens bewijzen. Vooruit Rode Duivels. De finale wenkt: yes, we can. Russia ain’t seen nothing yet.
Lees De week van Geens »