Zelfbeschikking centraal in nieuwe transgenderwet
Officieel van geslacht veranderen wordt mogelijk via een louter administratieve procedure van minimum drie en maximum zes maanden. Alle bestaande medische voorwaarden worden geschrapt. Er worden tegelijkertijd voldoende garanties ingebouwd tegen eventueel misbruik en lichtzinnig wijzigen. Staatssecretaris voor Gelijke Kansen Elke Sleurs en Minister van Justitie Koen Geens hebben hun voorontwerp voor de nieuwe transgenderwet klaar. Zelfbeschikkingsrecht is hun uitgangspunt.
Bij de aangifte van de wijziging wordt een bedenktermijn voorzien en de aanvrager moet vooraf goed geïnformeerd zijn. Het openbaar ministerie kan optreden in geval van fraude. Iedere bijkomende wijziging van geslacht omwille van uitzonderlijke omstandigheden verloopt via de familierechtbank. De verzoeken tot voornaamswijziging worden in dezelfde optiek gewijzigd.Het voorontwerp komt vrijdag 9 december op de ministerraad.
Koen Geens: “Mensen die van geslacht of genderidentiteit willen veranderen verplichten om zich te laten steriliseren of een geslachtsoperatie te ondergaan is mensenrechtelijk geen evidentie. Die situatie is pijnlijk, zowel vanuit menselijk als mensenrechtelijk oogpunt. We zijn daarom verheugd dat er een nieuwe wet komt. De nieuwe wet zal er ook voor zorgen dat mensen degelijk geïnformeerd en geconsulteerd worden. Het vergt veel kracht om het veranderen van je genderrol alleen door te maken. De nieuwe wet zal mensen ondersteunen bij deze keuze.”
Elke Sleurs: “Met deze wet kiezen we resoluut voor zelfbeschikkingsrecht en een volledige demedicalisering. We komen tegemoet aan de vraag van de transgender personen en bouwen tegelijkertijd garanties in die misbruik tegen gaan. Hiermee bouwen we verder aan onze voorbeeldfunctie op het vlak van holebi- en transgenderrechten. We hebben daarin een sterke traditie.”
De bestaande wet betreffende de transseksualiteit dateert van 2007 en is in strijd met de mensenrechten en het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. De zware medische voorwaarden en de verplichte sterilisatie stroken niet met het recht op zelfbeschikking. Transgender personen zijn zelf vragende partij voor een volledige demedicalisering. Transgenderisme is immers geen ziekte.
Administratieve procedure
De nieuwe procedure start met een aangifte bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Bij deze aangifte voegt de aanvrager een verklaring waarin staat dat de aanvrager al een hele tijd overtuigd is dat het geslacht, vermeld in de akte van geboorte, niet overeenkomt met zijn/haar innerlijk beleefde genderidentiteit en dat hij/zij dat nu ook op administratief en juridisch vlak veranderd wil zien.
De ambtenaar van de burgerlijke stand heeft dan verschillende verplichtingen. Hij moet de aanvrager wijzen op de gevolgen, inlichten over het verdere verloop van de procedure en een informatiebrochure overhandigen. De ambtenaar zal dan binnen de drie dagen ook de procureur des Konings inlichten over de verklaring. De procureur des Konings heeft dan drie maanden tijd om een advies uit te brengen. Bij een negatief advies moet de ambtenaar van de burgerlijke stand de verklaring weigeren. Als er geen advies volgt, wordt het geacht een positief advies te zijn. Tegen een weigering kan de aanvrager altijd beroep instellen bij de familierechtbank.
Na de aangifte begint een wachttermijn te lopen, waarin de aanvrager inlichtingen inwint bij een transgender organisatie.
Minimum drie maanden en maximum zes maanden na de aangifte, gaat de aanvrager opnieuw langs bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Hij/zij geeft een verklaring af dat hij/zij van geslacht wil veranderen en bewust is van de administratieve en juridische gevolgen en het zwaarwichtige karakter van de geslachtswijziging. De aanvrager brengt ook een attest mee waaruit blijkt dat hij/zij ingelicht is door een transgenderorganisatie over de gevolgen.
Tot slot verandert de ambtenaar van de burgerlijke stand de akte van geboorte. Als de ambtenaar, na negatief advies van de Procureur des Konings, zou weigeren om de akte aan te passen moet hij aan de aanvrager motiveren waarom. De ambtenaar van de burgerlijke stand mag nooit omwille van persoonlijke redenen of omwille van een persoonlijke overtuiging een aangifte weigeren.
Minderjarigen
De nieuwe wet voorziet mogelijkheden voor kinderen vanaf 12 jaar. De reden hiervoor is dat kinderen vaak al op heel jonge leeftijd aanvoelen dat het geslacht dat ze bij geboorte toegekend kregen niet overeenkomt met het geslacht zoals ze zich voelen.
De wet voorziet drie fases:
Vanaf de leeftijd van 12 jaar kunnen kinderen al hun voornaam laten veranderen in een naam die overeenstemt met hun beleefde genderidentiteit. Ze moeten zich hierbij wel laten bijstaan door hun ouder of hun vertegenwoordiger.
De volgende stap kangezet worden vanaf 16 jaar. Vanaf dan kan het geslacht ook gewijzigd worden in de akte van geboorte. Ook hier moet de minderjarig zich laten bijstaan door ouders of voogd. Omdat de wijziging van de akte van geboorte een ingrijpende beslissingmet verregaande gevolgen is, moet ook een verklaring van een kinder- en jeugdpsychiater afgegeven worden. Deze verklaring bevestigt uitsluitend dat de wilsuiting volledig bewust en vrij van enige druk gebeurt en velt geen oordeel.
Vanaf de leeftijd van 18 jaar geldt de algemene procedure.