De rechter in handelszaken in dienst van Justitie, noodzaak of traditie

op 21 september 2016 18:22 Toespraken

Geachte voorzitster,

Geachte voorzitters van de rechtbanken van koophandel,

Dames en Heren,

Een eerste belangrijke krachtlijn van mijn Justitieplan is het kerntakendebat. Toegepast op de rechtbanken van koophandel, luidt de vraag welke taken van de rechtbanken van koophandel behoren tot haar kerntaken. Welke taken kunnen we, ter ontlasting van de rechters en griffies door anderen laten opnemen ? De wet natuurlijke rechter heeft voor een grote werkdrukverhoging in de rechtbanken van koophandel gezorgd. Vele invorderingsprocedures van niet betaalde schulden die ten gronde niet betwist worden maar ingeleid worden om een uitvoerbare titel te bekomen, kunnen we met een procedure buiten de rechtbank een oplossing geven. Zo is de nieuwe procedure tot stand gekomen. Deze nieuwe procedure is in voege getreden op 2 juli laatstleden. De eerste resultaten zijn veelbelovend. Alhoewel de procedure nog maar goed 2 maanden in voege is, werden er al 1776 procedures door 130 verschillende gerechtsdeurwaarderskantoren opgestart. De eerste uitvoerbare titels worden nu, na respect van de termijnen, afgeleverd.

Als deze trend zich doorzet moet er tegen het einde van het jaar een afname van de werkdruk zichtbaar worden. Ik zal dit van nabij opvolgen en kleine bijsturingen doen indien dit nuttig zou blijken. Als vanaf 1 januari volgend jaar ook de invorderingsprocedures ingesteld door de Sociale zekerheid ter betaling van de sociale bijdragen die niet betwist worden, niet meer via de arbeidsrechtbank, verlopen maar op basis van een authentieke titel opgemaakt door de Sociale Zekerheid zelf, dan zijn 2 belangrijke stappen inzake werklastvermindering gerealiseerd. Tienduizenden gerechtelijke dossiers worden hiermee vermeden, door toepassing te maken van het kerntakenprincipe.

Ook met digitalisering van procedures kunnen we werklastvermindering realiseren. Een voorbeeld dat zijn toepassing vindt op de griffies van de rechtbanken van koophandel, is de digitalisering van de vennootschapsdossiers en de neerlegging ervan. Een zeer omvangrijk project dat mij te ver zou leiden vandaag. Ik probeer bij dit project vooral de prioriteit te geven aan die deelprojecten die concrete resultaten opleveren voor onze griffies. Ik heb van het notariaat al verkregen dat zij naar een quasi 100 % digitaal neerleggen van oprichtingsakten gaan. Dat werd vorig jaar gerealiseerd. Vandaag werken ze op mijn verzoek aan de elektronische neerlegging van alle wijzigingsakten. Dit zou een verdere stap zijn in werklastvermindering voor onze griffies. Zij hebben mij beloofd dat dit in de eerste helft van 2017 het geval zou zijn. Ik zal hen daaraan houden. Opvolgend heb ik hen gevraagd om na te gaan of de technologie ook niet zou kunnen gebruikt worden voor de neerlegging en inschrijving in de KBO van de gevolgen van vonnissen die eveneens publicatie en aanpassing in de KBO vragen. Ingeval van positieve evaluatie zouden we deze e-depot-technologie eventueel daarvoor kunnen gebruiken.

Nu de uitrol van e-deposit gerealiseerd is op alle rechtbanken van koophandel, zetten we een belangrijke stap naar het elektronisch dossier. Ik krijg positieve feedback vanuit de rechtbanken en de advocatuur. E-depot wordt nu uitgerold bij de rechtbanken van eerste aanleg en ik hoop dat ze zal uitgerold zijn bij alle rechtbanken tegen eind volgend jaar. De statistieken bewijzen dat de voorlopers in de advocatuur enthousiast gebruik maken van deze applicatie. Ik hoop dat de advocatuur, en ik zal hen aanmoedigen, tegen eind volgend jaar ook de 100 % elektronische neerlegging van conclusies zal realiseren.

Ook inzake handelsonderzoek moet de informatisering belangrijke kwaliteitswinsten en werklastverlagingen opbrengen. Ik kijk uit naar het proefproject dat moet leiden naar een geïnformatiseerd handelsonderzoek.

Om een beeld te krijgen van ondernemingen in moeilijkheden, kruipt er vandaag behoorlijk veel tijd in het verzamelen en ordenen van gegevens. Vaak stelt men echter vast dat de hiervoor relevante informatie reeds impliciet vervat zit in bestaande gegevensbanken.

Het speurwerk in de kamers voor handelsonderzoek berust nu nog te veel op fragmentair en moeilijk te verzamelen informatie. Het gebeurt ook nog veel dankzij manuele verwerking.

Door een aangepaste zoekrobot in te zetten, de knipperlichtendatabank, kunnen we gaan specialiseren. Het tijdrovende verzamelwerk wordt geautomatiseerd, door een bevraging van de bestaande gegevensbanken. Het filteren van resultaten aan de hand van criteria hoeft in dit systeem niet meer handmatig te gebeuren. De interpretatie van resultaten blijft natuurlijk het domein bij uitstek van de rechter-onderzoekers.

Dit is een toepassing van de hefboomstrategie van het Justitieplan: doordachter omgaan met de vele datastromen binnen het volledige Justitiebestel, zodat we op lokale niveaus inefficiënties kunnen wegwerken. In de komende weken start de testfase in één afdeling met een beperkt aantal knipperlichten. We breiden dit dan, in samenspraak met een werkgroep uit, technisch en wettelijk, en zullen dat dan zeer snel kunnen uitrollen naar alle afdelingen van het land.

Wat de opvolging van dépistagedossiers betreft, werkt een comité aan een stroomlijning van de reeds bestaande draaiboeken en best practices. Daarbij wordt rekening gehouden met de uitrol van de knipperlichtendatabank. Een eenvormige nationale werkwijze zal ons toelaten om een wettelijke basis te creëren voor elektronische dossiers van handelsonderzoek.



U allen als rechters in handelszaken met een ruime ervaring in het handels- en economisch leven, brengen een meer economisch en ondernemende cultuur binnen in onze rechtbanken. Dat is één van de redenen waarom we vele veranderingen vanuit deze rechtbank willen starten. Jullie zijn daar partners voor mijn hervormingen. Het feit dat de eerste resultaten zichtbaar worden, bewijst dat mijn inschatting omtrent de veranderingscultuur juist was.

De laatste benoemingsronde van rechters in handelszaken dateert van 30 september 2014. De lichting daarvan is in het ambt getreden in oktober vorig jaar. Morgen zal u in het Belgisch Staatsblad de vacatures lezen voor 104 nieuwe rechters in handelszaken. De inhaalbeweging is dus ingezet. Ook de administratieve behandeling inzake verleningen van de mandaten gaat terug de goede kant uit: in 2015 werden er slechts 106 mandaten verlengd, na een goede acht maanden in dit jaar zijn we reeds aan 193 verleningen. Ook hier gaat het de goede kant uit.

Ik dank de Unie voor de medewerking die ze heeft verleend bij het zoeken naar een oplossing omtrent de uitreiking van de identificatiekaarten voor de rechters in handelszaken.

Wat betreft de aanvragen voor eretekens, kan ik u bevestigen dat ook hier mijn administratie aan een actieplan werkt om dossiers opnieuw op een systematisch wijze te kunnen behandelen en de opgelopen achterstand in te halen. Ik zal er op aandringen dat dit teken van appreciatie weer naar behoren kan worden aangereikt.

Nog dit jaar zullen we starten met de modernisering van de wetboeken die u aanbelangen. De modernisering van de procedures begint bij het faillissement. Hier werken we in 2 stappen of beter eerst een klein digitaliseringsstapje en dan een grote stap.

De zgn. “miniwet” die hangende is in de commissie voor Handels- en economisch recht, creëert een wettelijke basis voor een elektronisch faillissementsplatform dat door de nationale balieverenigingen zal opgezet en beheerd worden. Het voorziet bovendien dat de schuldvorderingen ten opzichte van de failliete boedel elektronisch neergelegd moeten worden via dit platform en niet meer op de griffie, wat naast andere elektronische communicatie tussen de actoren in een faillissement, opnieuw een belangrijke werklastvermindering voor de griffies met zich mee zal brengen. De ingebruikname van het platform zal de betrokken actoren de mogelijkheid bieden om te wennen aan een nieuwe cultuur van procederen.

De adviezen van de Raad van State en de Privacycommissie werden de afgelopen zomer gegeven, en ik verwacht dat de Commissie voor handels- en economisch recht de komende weken over het wetsvoorstel zal stemmen. De balieverenigingen werken aan de uitrol van het platform tegen het einde van het jaar, ten laatste eerste kwartaal van volgend jaar.

Op deze miniwet volgt het grote voorontwerp. Boek XX van het WER zal het materiële recht van alle insolventieprocedures moderniseren. Voor ondernemingen waarvan de solvabiliteit in gevaar dreigt te komen, wordt de continuïteitsprocedure verbeterd.

Voor niet-noodlijdende, maar “slapende” vennootschappen wordt er in het voorontwerp een aangepast instrumentarium ingevoerd om deze categorie rechtspersonen op te sporen en te verplichten om zich te regulariseren dan wel te ontbinden en te vereffenen.

De term “slapende vennootschappen” is wat ongelukkig, want het beslaat een uiteenlopende typologie van gevallen. Het gaat bv om ondernemingen die met een verouderd of fictief adres staan ingeschreven. Of die hun jaarrekening niet tijdig neerleggen. Dit zijn niet alleen administratieve onregelmatigheden door nalatige ondernemingen. Vaak gaat het om doelbewust verwarrende constructies opgezet door personen met malafide doeleinden.

Het gaat hier dus om meer dan enkel schone slaapsters. Voor sommigen volstaat het om ze op tedere wijze te wekken – daar zorgt de dépistage voor. Voor anderen moet een doortastendendere aanpak gebruikt worden.

De rechtbanken van koophandel kunnen hier een rol van betekenis spelen. Zij bevinden zich in de geknipte positie om in concrete gevallen in te schatten waarmee men te maken heeft, en welke remedie erop van toepassing is:

Gaat het om een klassiek geval van economische moeilijkheden, dan biedt het handelsonderzoek soelaas.

Duiken er aanwijzingen op van strafrechtelijke feiten, of kenmerken van malafide bedoelingen, dan is een verwijzing naar het parket aan de orde.

Dan zijn er gevallen van loutere administratieve nalatigheid, zonder dat daar noodzakelijk solvabiliteitsproblemen of criminele handelingen bij horen. Hier is regularisatie op zijn plaats en in sommige gevallen wettelijke ontbinding en vereffening..

Hiervoor wens ik een aangepast traject te ontwikkelen. Hier zie ik graag een oplossing die het openbaar ministerie maximaal ontlast en reken ik op een actieve aanpak vanuit de rechtbank. .

Na de insolventiewetgeving zal het gemoderniseerd vennootschaps- en rechtspersonenwetboek volgen. De krachtlijnen werden reeds uiteengezet in het parlement. Vandaag wordt volop aan te teksten gewerkt. Ik koester de hoop om nog eens uitgenodigd op uw vergadering om dit ruimer en gedetailleerder toe te lichten.

Een nieuw, uniform en ruimer ondernemingsbegrip zal opgenomen worden in het Wetboek Economisch Recht. Dit zal met zich meebrengen dat uw rechtbank eerder de ondernemingsrechtbank zal zijn dan de rechtbank van koophandel, alhoewel het moeilijk is om de naam te veranderen aangezien die in de grondwet is opgenomen. Ik ben echter van oordeel dat alle economische actoren recht hebben om beroep te doen op uw kennis. In die zin zullen ook bv de vrije beroepen, landbouwers, ondernemingen in de vorm van een VZW voor uw rechtbank verschijnen. Net de aanwezigheid van rechters die ook in de dagelijkse praktijk staan, naast de beroepsrechters, is een meerwaarde die helpt tot betere beslissingen te komen.

U voelt aan dat deze veranderingscyclus er een is met een zekere richting. De metafoor van de hink-stap-sprong gaat reeds sinds de aanvang mee.

Het is, voor u die op het terrein meevolgt, duidelijk dat er in deze sport voor elke beweging en na elke landing, een evenwichtsoefening en een aftasten plaatsvindt. Ik wil nogmaals mijn dank betuigen voor de reeds geleverde inspanningen, voor uw voortdurende inzet, en hoop van harte dat u er bij zal zijn bij de finale landing.

Ik dank u.