De nieuwe Omzendbrief van de Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie met betrekking tot de aanpak van de Foreign Terrorist Fighters vervangt de Omzendbrief van 25 september 2014. De problematiek van de Foreign Terrorist Fighters vereist een specifieke veiligheidsbenadering.
Deze Omzendbrief, in nauw overleg met alle betrokken diensten opgesteld, vormt het bestuurlijke luik van een integrale gerechtelijk- bestuurlijke aanpak van de Foreign Terrorist Fighters. De gerechtelijke aanpak staat beschreven in een nieuwe omzendbrief van het College van Procureurs-generaal.
De leidraad voor deze omzendbrief is het regeerakkoord: de wijze van opvolging van de Foreign Terrorist fighters moet gedefinieerd worden, de samenwerking tussen diensten en vooral naar het lokale niveau toe moet versterkt worden en de informatie-uitwisseling tussen diensten moet verbeterd worden.
De Omzendbrief voorziet in een gepersonaliseerde dreigingsanalyse voor elke Foreign Terrorist Fighter op basis van informatie afkomstig van de verschillende diensten, verenigd in een unieke databank met daaraan gekoppeld een gestandaardiseerd pakket van maatregelen en specifieke begeleidende maatregelen op lokaal niveau. De databank zal gevoed worden met informatie van de inlichtingen- en politiediensten en andere relevante partners.
De Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie willen met de nieuwe omzendbrief de lokale overheden maximaal informeren over de Foreign Terrorist Fighters op hun grondgebied en in nauwe samenwerking hun opvolging verzekeren.
Quote Jan Jambon, Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken: “Voortaan zal elke Foreign Terrorist Fighter individueel gescreend en door OCAD geëvalueerd worden. Op basis van deze analyse zullen de lokale autoriteiten weten op welke manier ze elk dossier moeten opvolgen. Hun werk zal daardoor veel efficiënter worden, en dat in het belang van de veiligheid van ons allemaal.”
Quote Koen Geens, Minister van Justitie: “Het is een goede zaak dat we het probleem van de Foreign Terrorist Fighters efficiënter zullen kunnen aanpakken met behulp van een databank van informatie die afkomstig is van zowel alle betrokken inlichtingen- en politiediensten als van de verschillende betrokken lokale overheden. Alleen een goede samenwerking kan in deze problematiek tot goede resultaten leiden.”