Koen Geens noemt zijn voorstel dat rechtbanken een jaar nadat ze een zaak hebben gedagvaard, ook een vonnis moeten vellen, in een interview verderop in de krant 'best moedig maar niet spectaculair'. Dat is een typisch geval van understatement. Het voorstel is om vele redenen grensverleggend. Deze minister van Justitie heeft het niet over computers, gebouwen of structuren, hij lanceert een afdwingbare belofte. Die geeft de burger houvast. Rechters zullen verantwoording afleggen voor het tempo waarin ze recht spreken. Eindelijk.
Niets kwalijker voor het gevoel van rechtszekerheid dan tergend trage rechtspraak. De schaduw van Kafka spookt dan door justitie. Een gevoel van willekeur, onmacht en dus onrecht. Omdat een rechtszaak als een zwaard van Damocles boven de betrokken partijen blijft hangen. En omdat niet weinig zaken eindigen met verjaring en dus straffeloosheid. Vaak is dat wraakroepend. De trage omslachtigheid dreigt justitie buitenspel te zetten in een maatschappij waarin zoveel snelheid gemaakt wordt.
Traditioneel gooide justitie daarover de handen in de lucht. Te logge en ondergefinancierde administraties, te ingewikkelde procedures, onaangepaste wetten, te veel werklast. Een simpele regel veegt die gelatenheid nu van tafel. Het hele gerechtelijke apparaat zal in zijn voegen kraken wil het die één jaar-belofte waarmaken. Anders vonnissen schrijven, administratieve mallemolens afschaffen, geplogenheden bijstellen. Geens belooft de wetten te maken die daarvoor nodig zijn. Hij wil zelfs de oude droom realiseren om het Wetboek van Strafvordering te herschrijven naar de noden van de 21ste eeuw. Dat is de schaal van de omwenteling.
Geens heeft alvast zijn geloofwaardigheid mee. Als specialist vennootschapsrecht zit een minister aan de knoppen die het gezag en de expertise heeft. Voor een formalistisch milieu als justitie is dat geen kleine troef. En Geens heeft het geluk dat hij Annemie Turtelboom opvolgt. Met veel voluntarisme joeg zij een grote hervorming door het parlement die de organisatie en financiering van justitie grondig bijspijkert. Zij heeft met enkelbanden en nieuwe gevangenissen getoond dat niets onoplosbaar hoeft te zijn.Klaroengeschal past Geens niet. Hij wil in de luwte werken, een draagvlak creëren. Zo past het een CD&V'er, en het is een methode die de magistratuur ligt. Maar mocht die magistratuur er alsnog niet van doordrongen zijn dat er geen andere weg is, zal Geens van tactiek moeten veranderen. Hij kan geen vier jaar geduld oefenen wil hij een historische minister van Justitie worden.
Karel Verhoeven