Sinds de hervorming van het erfrecht moeten schenkingen bij uw overlijden geïndexeerd worden. Wilt u dat liever niet? Leg dan voor 1 september 2019 een 'verklaring van behoud' af.
Frida Deceunynck
Sinds 1 september 2018 is het nieuwe erfrecht van kracht. Dat geeft u niet alleen meer vrijheid om uw erfenis te verdelen, maar wijzigt ook de manier waarop schenkingen meegeteld worden bij uw overlijden. Een belangrijke wijziging is dat schenkingen geïndexeerd moeten worden tot aan uw overlijden. Daardoor kunnen gelijke schenkingen tot ongelijkheid leiden bij de verdeling van uw erfenis.
Oude schenkingen, nieuwe regels
Stel bijvoorbeeld dat u vijftien jaar geleden 20.000 euro heeft geschonken aan uw zoon, en tien jaar later eenzelfde bedrag aan uw dochter. Onder het oude erfrecht werden die schenkingen bij uw overlijden voor hetzelfde bedrag meegerekend. Onder het nieuwe erfrecht is dat niet meer zo.
Door de indexatie is de waarde van de oudste schenking bij uw overlijden aangedikt tot 26.084,94 euro. De tweede schenking is na indexatie 21.604,13 euro waard. Het verschil van 4.480,81 euro moet bij de verdeling van de erfenis gecompenseerd worden. Valt er niets meer te verdelen, dan moet uw zoon 2.240,41 euro betalen aan uw dochter. Dat verschil loopt verder op, naarmate u langer leeft. Over tien jaar zal er misschien al 6.000 euro te compenseren zijn.
Dezelfde indexatieregels gelden sinds de hervorming van het erfrecht ook voor onroerende goederen. Stel dat u aan een derde kind tien jaar geleden een garagebox heeft geschonken van 20.000 euro. Ook daarop is de indexatie van toepassing, waardoor de schenking bij uw overlijden meegeteld wordt voor een waarde van 23.608,41 euro. Ook dat is een breuk met vroeger. Onder het oude erfrecht werden onroerende schenkingen meegerekend volgens hun marktwaarde op het tijdstip van overlijden.
Alles bij het oude
Ziet u die nieuwe regels niet zitten, dan hebt u nog tot 1 september de tijd om een 'akte van behoud' te ondertekenen. Voor schenkingen gedaan onder het oude erfrecht blijven dan de oude waarderingsregels van toepassing. Voor roerende goederen wordt dan gekeken naar de nominale waarde op het moment van de schenking. Voor onroerende goederen is dat de marktwaarde bij het openvallen van de erfenis.
Houd er wel rekening mee dat een verklaring van behoud automatisch geldt voor alle schenkingen die u hebt gedaan voor 31 augustus 2018. Aan zo'n akte hangt ook een prijskaartje vast. Afhankelijk van uw notaris en de complexiteit van het dossier, moet u rekening houden met een kostprijs van ongeveer 500 euro.
Maar hoe gaat u daarmee om bij nieuwe schenkingen? 'Voor schenkingen gedaan sinds 1 september 2018 is een akte van behoud niet meer mogelijk', zegt Philippe Baervoets, hoofd estate planning van Deutsche Bank. 'De beste oplossing is om bij nieuwe schenkingen meteen rekening te houden met de indexatie. Wie bijvoorbeeld drie kinderen heeft en hun elk op hun 25ste eenzelfde som geld wil toestoppen, kan het tweede en het derde kind meteen het geïndexeerde bedrag geven. Zo hebben de drie schenkingen op het moment van overlijden automatisch een gelijke waarde.' Dat was ook de bedoeling van de wetgever. Wie vroeger een som geld krijgt, kan er immers langer van profiteren.
Andere uitweg
Voor wie zich daarin niet kan vinden, is er een andere uitweg: een familiepact of globale erfovereenkomst. In een familiepact legt u samen met uw kinderen concrete afspraken vast over schenkingen en voordelen. Daarbij wordt rekening gehouden met de schenkingen die in het verleden al hebben plaatsgevonden. Een indexatie van de schenkingen is in een familiepact niet verplicht. Wél is vereist dat de kinderen akkoord gaan met de waardebepaling van de gedane schenkingen. Ook op niet-materiële voordelen kan een waarde worden gekleefd, zoals dure studies in het buitenland of gratis opvang van de kinderen.
'Het voordeel van een globale erfovereenkomst is dat dit samen met de kinderen in alle openheid wordt besproken', zegt Philippe Baervoets. 'Bij een verklaring tot behoud is dat niet zo en worden de kinderen voor een voldongen feit gezet. Dat kan bij het openvallen van de erfenis wrevel veroorzaken.'
Voor het afsluiten van een familiepact gelden strikte formaliteiten. Zo is de tussenkomst van een notaris verplicht. Het prijskaartje is afhankelijk van de complexiteit. Het is altijd een goed idee om daarover op voorhand afspraken te maken.
Via het testament?
Tot slot vragen sommige schenkers zich af of ze de indexatieverschillen via testament kunnen rechttrekken. 'Dat is inderdaad mogelijk', bevestigt Charlotte Declerck, hoofddocent Familie- en Erfrecht UHasselt. 'Schenkers kunnen de indexatieverschillen als een legaat “buiten erfdeel” in hun testament zetten. De begunstigde die de meerindex draagt, mag het indexatiesurplus dan gewoon houden als een extraatje boven op zijn of haar erfdeel. Maar dan rijst de vraag of daardoor niet per definitie een ongelijkheid wordt gecreëerd. Bovendien is het onzeker of het beschikbare deel van de erfenis volstaat om de indexatieverschillen te vergoeden. Dat kan pas bij het overlijden van de schenker daadwerkelijk worden vastgesteld.'