Zeven op de tien Vlamingen begrijpen dat iemand in paniek wegvlucht nadat hij een ongeval heeft veroorzaakt. Omdat justitieminister Koen Geens (CD&V) beseft dat zijn strengere straffen een doekje voor het bloeden zijn, stuurt hij aan op meer aandacht voor het probleem in verkeerslessen en rijopleidingen.

Als het parlement het wetsontwerp van Geens en federaal mobiliteitsminister François Bellot (MR) goedkeurt, draaien daders van vluchtmisdrijf vanaf volgend jaar langer de gevangenis in. Bij een ongeval met een gewonde stijgt de maximale celstraf van twee naar drie jaar. Valt er een dode, dan kan de straf oplopen tot vier in plaats van de huidige twee jaar. Recidivisten riskeren tot acht jaar cel. In de praktijk kan de totale straf trouwens nog hoger oplopen, opgeteld bij bijvoorbeeld de straf voor onvrijwillige doodslag. Maar minister Geens beseft dat de strengere sancties niet alles zullen oplossen. "Eigenlijk komt mijn repressie te laat." Preventie is belangrijker.

Eerste seconden

Er is alleszins nog werk aan de winkel, want uit een rondvraag van vzw Rondpunt blijkt dat 7 op de 10 begrijpen dat iemand na een verkeersongeval in paniek wegvlucht. De bevraging gebeurde naar aanleiding van de 'Week zonder vluchtmisdrijf', die nu loopt. Ludo Kluppels, verkeerspsycholoog van het Vias Institute (het vroegere BIVV), erkent dat die paniek moeilijk te vermijden valt. "Bijna iedereen schiet de eerste seconden na een ongeval in paniek. Maar het is de reactie nadien die van belang is. De meeste mensen zetten de paniek snel om in 'ik moet dat hier oplossen'. Maar een aantal denkt jammer genoeg dat ze zo snel mogelijk weg moeten."

Volgens Kluppels mag er in godsdienst- of moraallessen op school meer aandacht zijn voor concrete verkeerssituaties. "In rijopleidingen moet er ook meer nadruk op burgerzin liggen. Door bij bijna-ongevallen die morele waarden erin te slijpen, leg je een basis voor een eventueel grotere situatie later, zoals een nachtelijke aanrijding op een verlaten weg."

Dat paniek een menselijke reactie is, beseffen ook politierechters. Rechter Kathleen Stinckens beklemtoont dat ieder vluchtmisdrijf anders is en dat alle aspecten in acht moeten worden genomen. "Maar als iemand na de eerste paniek een half uur later terugkeert, kan die een mildere straf krijgen dan iemand die er dagenlang alles aan gedaan heeft om zijn ongeval te verdoezelen."

15%

rijdt zomaar door als hij

of zij andere stilstaande auto zonder chauffeur beschadigt

56%

vindt dat iemand die vluchtmisdrijf pleegt

bij een dodelijk ongeval

een levenslang rijverbod moet krijgen

57%

geeft partner of familielid aan als die vluchtmisdrijf met slachtoffers

heeft gepleegd

68%

wil als slachtoffer van

een vluchtmisdrijf

de dader ontmoeten

BRECHT HERMAN