Het is de bedoeling dat er meer processen via videoconferentie komen. Dat bevestigt minister van Justitie Koen Geens (CD&V). Hij trekt 750.000 euro uit voor de nodige investeringen.
Momenteel loopt er al een videoproefproject tussen Hasselt en Antwerpen. Voor burgerlijke zaken in beroep moeten Limburgers normaal naar het hof van beroep in Antwerpen. Door de videoconferentie kunnen de klagers, de gedaagden en hun advocaat zich de rit naar Antwerpen besparen. "Tijdswinst en kostenbesparend", zegt het kabinet Geens. In een volgende stap is het de bedoeling om in strafzaken ook de raadkamer via videoconferentie
te laten plaatsvinden. De raadkamer beslist of een verdachte al dan niet langer in de cel moet blijven. "Bijkomend voordeel hier is het veiligheidsaspect", vindt Geens. "Omdat er geen transport tussen de gevangenis en het gerechtsgebouw moet gebeuren, valt het ontsnappingsgevaar weg."
Door een klacht van de balie van Franstalige advocaten - die aanvoeren dat elke verdachte fysiek moet verschijnen voor de rechtbank - wacht Geens echter eerst een arrest van het Grondwettelijk Hof af. Hij wil op die manier procedurefouten en onnodige investeringen vermijden. (BJM)