Minister van Justitie Koen Geens begrijpt dat zijn Vlaamse collega Minister Liesbeth Homans ernstig wil geïnformeerd worden door de federale overheid alvorens tot erkenning van de twintig moskeeën over te gaan die hij op 23 december jl. positief geadviseerd heeft.
Vooreerst wijst hij erop dat het interfederaal samenwerkingsakkoord van 2 juli 2008 (B.S 23 Juli 2008) er niet in voorziet dat de Veiligheid van de Staat een advies dient te geven aan het Gewest, enkel dat de federale overheid zulks dient te doen. Uiteraard kan de federale overheid zich daarbij laten bijstaan door de Veiligheid van de Staat, en is dat ook het gebruik. Daarbij hanteertde Veiligheid van de Staat een interne dienstnota van 24 augustus 2011 -goedgekeurd door het Comité I- waarvan Minister Geens zijn Vlaamse collega kennis gaf.
Bovendien heeft de Veiligheid van de Staat op 20 december jl. en vandaag op 7 februari in een vergadering uitvoerig en informeel, rechtstreeks toelichting gegeven aan het kabinet van Minister Homans over de werkwijze van de Veiligheid van de Staat bij de erkenning van geloofsgemeenschappen in het algemeen, en van moskeeën in het bijzonder. Nieuwe afspraken tussen het kabinet en de Veiliigheid van de Staat werden gemaakt.
Minister van Justitie Geens stelt voor om verder constructief interfederaal samen te werken. Niemand heeft belang bij nutteloze woordenwisselingen in de pers. Wel hebben alle overheden belang bij een correcte werkwijze die optimaal bijdraagt tot een harmonieuze samenleving van de verschillende bevolkings- en levensbeschouwelijke groepen in ons land.