Financiële bonus voor rechtbanken die goed werken

op 24 oktober 2015 02:42 HET BELANG VAN LIMBURG

Er komen beheersovereenkomsten met de zetels. Zetels die goed werken zullen een financiële bonus krijgen die ze dan kunnen gebruiken voor de aanwerving van magistraten of ondersteunend personeel dan wel voor investeringen in informatica. Dat zegt minister van Justitie Koen Geens, die ook werkt aan een masterplan voor de gerechtsgebouwen. Dat zijn er nu 350, te veel voor een goede organisatie.

Wenkbrauwen gefronst, blik naar beneden en een dossier en een gsm in de handen. Minister van Justitie Koen Geens komt zacht zijn bureau binnengelopen. Geens is geen kleurrijk figuur: niet te groot of te klein van gestalte en altijd gekleed in een donker, onopvallend pak. Zelfs als hij praat is het zonder uitschieters, op een ietwat monotone manier en zonder je al te lang aan te kijken. En toch beheerst hij de kunst van de retorica tot in de kleinste puntjes. Zijn zinnen zijn lang en met mooie woordkrullen en voor je het goed en wel beseft, heeft hij je meegetrokken in zijn verhaal.

"Dat is een afwijkend gen in de familie, denk ik", glimlacht hij, "mijn ouders waren allebei leerkracht, en zelfs mijn moeder heeft tot haar 75ste Duitse les gegeven aan gepensioneerden. Pas toen er geen bejaarden meer waren die haar lessen konden volgen, is ze ermee gestopt. Die passie om een verhaal te brengen, om je levenslessen door te geven, dat heb ik ook."

Koen Geens speelt nog niet zo lang op het politieke toneel. Twee en een half jaar geleden dook hij plotseling op het voorplan, vriend en vijand verrassend. "Het is gene gewone", werd er gezegd en dat werd meteen zijn eerste kiescampagne. Vandaag is hij best tevreden met de gang van zaken.

We hebben de indruk dat u heel graag minister van Justitie is?

"Ik doe dit inderdaad graag, zoals ik in feite veel dingen graag doe. Minister van Financiën zijn was ook boeiend. Maar ik moet toegeven dat justitie me echt passioneert. Hier heb ik de indruk dat ik nog meer kan doen. Er is zoveel vooruitgang te boeken. Want u weet: hoe groter de uitdaging, des te groter is de passie."

De uitdaging is inderdaad groot, dat is het minste wat je ervan kan zeggen. Het vertrouwen in justitie is lange tijd lager geweest dan het vertrouwen in de politiek.

"Niet overdrijven. Maar er is inderdaad veel te doen. En mijn motto daarbij is:Wie alles tegelijk wil doen, doet uiteindelijk niets. Ik geloof dat je de problemen een voor een moet aanpakken. Daarom werk ik ook met een stappenplan. Wanneer dat allemaal lukt, dan staan we op het einde van de rit een heel eind verder. Op dit moment werk ik aan drie grote werven. Een, de vermindering van de werklast. Twee, een verbetering van de hardware. Daarmee bedoel ik een uitbreiding van onze informaticasystemen en een verbetering van onze gerechtsgebouwen en gevangenissen. En drie, de hervorming van onze wetboeken. Ik zet die drie werven tegelijk in de steigers, maar we brengen ze gefaseerd naar buiten. De eerste fase zijn de zogenaamdepotpourriwetten. Dat zijn dus drie pakketten met daarin verschillende wetsvoorstellen."

De eerste potpourriwet is goedgekeurd door de Kamer. De tweede is goedgekeurd door de regering en gaat nu naar het parlement. Nu pakt u uit met uw derde potpourriwet. Wat staat daar in?

"In deze derde potpourriwet gaat het over de aanpassing van de interneringswet. Een hervorming van de gerechtelijke stages bij de parketten en in de zetels om te komen tot beter en breder opgeleide mensen. En we zette een nieuwe stap in de informatisering van justitie door de creatie van een elektronisch betekeningsplatform. Iedereen die iemand wil dagvaarden, zal dit moeten doen via het betekeningsplatform. De vraag zal automatisch doorgespeeld worden naar de gerechtsdeurwaarder die het dichtst bij de te dagvaarden persoon woont. De gerechtsdeurwaarder moet op zijn beurt elektronisch bevestigen dat de betekening is gebeurd. Zo weten we zeker dat er gedagvaard is. Dat bespaart ons veel tijd en heel veel postzegels."

Wat verandert er aan de interneringswet?

"We gaan de commissies voor de bescherming van de maatschappij omvormen in interneringskamers die om de zes maanden het dossier van de geïnterneerde moeten opvolgen. De bedoeling is dat dit in werking kan treden tegen 1 april of 1 mei volgend jaar. Ik ben nu volop bezig met de benoeming van 24 extra mensen binnen dat korps. Dat zijn niet alleen magistraten, maar bijvoorbeeld ook psychologen en specialisten sociale hulp. Daarmee willen we een betere, meer menselijke opvolging en begeleiding van de geïnterneerden krijgen. Daar is ook infrastructuur voor nodig, want we moeten betere plaatsen hebben om die mensen op te vangen. We hebben zo'n 4.000 geïnterneerden. 2.000 van hen zitten thuis, 1.000 in aangepaste instellingen en 1.000 in gevangenissen. Dat laatste is natuurlijk niet zoals we dat zouden willen, omdat de psychiatrische annexen in de gevangenissen niet optimaal zijn. Daarom komen er nog twee speciale instellingen bij, bovenop de FPC's in Antwerpen en Gent. Waar? Dat horen jullie wel wanneer het masterplan is goedgekeurd."

Over de informatisering van justitie is al veel te doen geweest. Het schiet voor geen meter op.

"Je moet voorzichtig zijn met justitie en procedures. We zijn heelletterlijke mensen bij het gerecht. Als er staat dat het per aangetekende brief gaat, dan gaat dat niet per mail. Elk woord heeft zijn betekenis. Dat betekent dat de werkprocessen moeten overeenstemmen met de wet en dat de informatica daarop moet aansluiten. Dat ben ik net gaan uitleggen in het parlement. We hebben al belangrijke stappen gezet met bijvoorbeeld de e-box, zeg maar een soort elektronische brievenbus, en een e-deposit waar advocaten hun stukken elektronisch kunnen neerleggen, waarna ze automatisch worden opgenomen in het dossier. Een van de voordelen is dat je al die lange stukken aan het einde van de rit niet moet terugsturen met de post. Bij het Hof van Beroep in Antwerpen zijn er nu al zo'n 2.500 elektronische dossiers. Gent doet het ook fameus, en in Brussel zijn het er nog maar 30. Maar goed, alle nieuwe dingen vergen wat tijd."

Héél veel tijd. En nog maar dertig in Brussel.

"Tja, er komt natuurlijk een moment dat je tegen de hardnekkigste brievenschrijver moet zeggen dat het zo niet meer gaat en dat we het vanaf nu elektronisch zullen moéten doen. Maar ik geeft toe dat we op het vlak van informatica zeker zo'n 20 jaar achteroplopen in vergelijking met bijvoorbeeld Nederland en Duitsland. En met Georgië en Azerbeidzjan. U lacht? Toch is dat logisch. Die nieuwe landen konden van nul beginnen en ze zijn meteen op de informaticatrein gesprongen. Toch ben ik niet pessimistisch. Met een stapsgewijze aanpak verwacht ik dat de meeste rechtbanken binnen vijf jaar met volledig elektronische dossiers zullen werken. Dat is het verschil met vroeger. Toen wilden we alles tegelijk veranderen en dat werkt niet. Phenix en Cheops ( de oude plannen voor de informatisering van justitie, red.) zijn mislukt. Nu roepen we één voor één nuttige applicaties in het leven die op korte termijn een grote vooruitgang zullen betekenen. Dat is mijn antwoord op Phenis. Ik hoop dat we zo op het einde van deze legislatuur kunnen zeggen dat het beter geworden is. Daarvoor heb ik ook 32 miljoen extra geld kunnen losweken."

Is dat geen vestzak-broekzakoperatie? Want u moet tegelijk veel besparen?

"Juist, maar ik kan u toch zeggen dat ik meer doe wat investeringen betreft dan wat ik aan de andere kant bespaar. Ik heb 10% extra budget voor operationele en investeringsuitgaven. Daarin zitten ook al mijn achterstallen, goed voor 146 miljoen euro."

Waarom maken we justitie niet gewoon zelfredzaam?

"Goede vraag. Nu is de situatie als volgt: stel u voor dat de onderzoeksrechter een onderzoek gelast. De persoon die veroordeeld wordt, moet in de regel voor die kosten opdraaien. Maar ik betaal die gerechtskosten eerst aan de magistratuur, die de factuur op zijn beurt doorrekent aan de veroordeelde. En die stort uiteindelijk aan de schatkist! ( nadrukkelijk) Niet aan mij, hé, aan de schatkist! Er zou dus iets voor te zeggen zijn om bij goede inning en bij ordentelijk beheer, justitie een premie te geven. Helemaal zelfredzaam worden, is misschien moeilijk, dan zouden we twee miljard moeten innen. Maar als we het wat meer ondernemingsgericht zouden benaderen, zouden we een heel pak verder raken dan vandaag."

Pleit u nu voor een bonus zoals in het bedrijfsleven?

"Ja, een bonus voor goed beheer. Als de rechtbank van koophandel Antwerpen-Limburg een snellere doorstroom heeft, bijvoorbeeld met weinigoverrulingen in beroep, dan zou ik zeggen dat er reden is om een stimulans te geven aan die rechtbank. Dat is trouwens wat ik ga proberen met de zogenaamde verzelfstandiging van het beheer, waarin ik de mogelijkheid voor zo'n financiële beloning wil opnemen. In Nederland doen ze dat al met een positief resultaat. Zetels die goed werken, kunnen dan zelf beslissen of ze die bonus gebruiken voor de aanwerving van meer magistraten, voor meer ondersteunend personeel of voor informatica. Zo'n verzelfstandiging hebben de oude regies van de post en de telefoon veel goed gedaan, bpost en Proximus zijn nu heel performante bedrijven. Waarom zou dat niet met justitie kunnen zoals in Nederland? We willen nu met de magistraten beheersovereenkomsten sluiten, waarbij we doelstellingen vastleggen. De verzelfstandigde zetels beslissen daarna zelf hoe ze die het beste kunnen realiseren. Zij worden baas over hun budget."

Over het hele budget? Dat zou revolutionair zijn. Ligt dat al op tafel?

"Nee, dat wordt potpourri 4. Natuurlijk zijn rechtbanken geen commerciële bedrijven, maar enkele van die systemen werken wel goed. Die potpourri 4 zou in het voorjaar 2016 door de regering naar de Raad van State moeten gestuurd worden. Ik wil met het zelfbeheer starten in 2018."

Hoe zit het met de werklastmeting waaruit blijkt welke zetels en welke magistraten hard werken en welke niet?

"De zetel is bijna klaar met de werklastmeting. Bij de parketten zal dat pas eind volgend jaar rond zijn. Vraag is of we de metingen die tot nu toe zijn gebeurd, ook effectief zullen kunnen gebruiken. Een probleem is dat elke jurisdictie zich met een eigen lat heeft gemeten. Onderling vergelijken zal dus niet zo gemakkelijk zijn. Maar anderzijds zal het me wel toelaten om zelf een meer geobjectiveerde werklastmeting uit te werken. De wet daarvoor hoop ik eind 2016 klaar te hebben en vervolgens toe te passen. Eerst zal er een status-quo zijn, daarna komen er ongetwijfeld verschuivingen in de personeelsbezetting. "

Personeelsverschuivingen liggen meestal moeilijk. Denkt u dat u daarin zal gesteund worden door de magistraten?

"Ik ben een man van dialoog, diagnose en actie. Ik werk uitstekend samen met de twee colleges en neem hun goede suggesties over. Maar het is zeker dat het succes van zo'n werklastmeting zal samenhangen met de wet die de herverdeling van de middelen zal bepalen. Ook dat zal in Potpourri 4 staan. "

U wil ook iets doen aan de hardware. Over de informatica hadden we het al. Hoe zit het met de gebouwen?

"We moeten sowieso naar een concentratie. In Nederland hebben ze 35 gebouwen, wij hebben er 350, als ik de gevangenissen er aftrek, zijn er dat nog 315. Dat is niet alleen duur, het bemoeilijkt ook de organisatie. Daarom werk ik aan een masterplan voor onze justitiegebouwen met een rationalisering op het niveau van de vredegerechten en eerste aanleg. In dit verband wil ik ook opnieuw gaan werken met videoconferenties. En de raadkamers moeten dichter bij de gevangenissen gaan zetelen. Dan bespaart veel tijd en geld op het gevangenentransport."

Iets waar veel mensen zich aan ergeren, is de procedurefouten tijdens onderzoeken en het misbruik van de procedures door advocaten. Kijk maar naar het proces-Aquino.

"Een heel belangrijke factor bij processen waarin het gaat over de procedurefouten, is het beleid van de rechter om die meester te blijven. In het proces- Aquino is dat duidelijk het geval. In de tweede potpourriwet die straks voor bespreking naar de Kamer gaat, zit ook het voorstel om het woord nietigheid te vervangen dooronregelmatigheid. Dat laat een meer kwalitatieve weging van de fout toe. Voorts krijgen de onderzoeksrechters de mogelijkheid om een fout onmiddellijk weg te werken, via bijvoorbeeld een nieuw onderzoek. En tot slot komt er een nieuw wetboek van strafvordering, want ons strafprocesrecht is veel te ingewikkeld. De blauwdruk is al klaar"

Iets helemaal anders. Met welke collega van een andere partij werkt u het liefst samen?

"Dat is een moeilijke vraag. Ik had een uitstekende relatie met de vorige premier én met die van nu."

Dat is wel een heel voorzichtig antwoord?

"Maar nee, dat meen ik echt. Zowel Elio Di Rupo als Charles Michel zijn toegewijde en goede mensen. Het zijn grote en loyale staatsmannen."

Koen GEENS

De favorieten van Geens


Boek: "Een boek moet de tand des tijds doorstaan. Sinds mijn zestiende herlees ik romans, omdat je zo'n verhaal altijd op een andere manier begrijpt. Ik zoek in een boek niet bewust de spanning of dramatiek op, maar eerder een soort welbevinden. Mijn absolute favoriet isTsjip - De Leeuwentemmer, van Willem Elsschot. De liefde van een vader voor een dochter en een kleinzoon, maar ook voor zijn vrouw, vind ik prachtig. Het is een boek waarbij ik heb moeten gieren van het lachen, ondanks de tragiek. Ik ben een grote fan van de schrijfstijl van Elsschot. Ik ben zelfs speciaal minister geworden om voor het Willem Elschotgenootschap een lezing te mogen geven ( glimlacht)."

Gerecht: "Worst met rode kool en appelmoes. Niet met stukjes appel, maar met echte moes. Het herinnert me aan mijn grootmoeder, die dat elke donderdag klaarmaakte. Zelf kook ik bijna nooit meer, al was dat vroeger anders."- U was een nieuwe man?"(lacht) Tijdens de eerste tien jaar van mijn huwelijk wel, ja. Toen verdeelden we al het werk nog."

Vakantie: Ik ga twee keer per jaar met de kleinkinderen op een korte vakantie. Met mijn vrouw bezoek ik graag een stad of land dat ik nog niet ken. We gaan altijd naar een andere plek. Mijn vrouw wil nooit twee keer naar dezelfde plek, zij laat me dingen ontdekken. Zonder haar zou ik honkvaster zijn (lacht)."

Muziek: "Moderne muziek is niet zo mijn ding, al kan ik wel wat dingen mee neuriën en af toe braak ik daarbij zelfs wat vreemde woorden uit. Het liefst heb ik klassiek, zoals Bach, Beethoven en Brahms. Onlangs is mijn moeder gestorven en in de kerk werdO Beata Mater van August De Boeck gezongen. Heel mooi."