Het eerste transitiehuis in ons land opent in het centrum van Mechelen. Gedetineerden die in aanmerking komen voor een voorwaardelijke invrijheidstelling bereiden er zich voor op hun terugkeer naar de samenleving. De Nederlandse predikant Jan Eerbeek (71) is de geestelijke vader van die aanpak.
Twee gewone rijhuizen in de Hanswijkstraat in hartje Mechelen. Daar arriveren de komende dagen de eerste gedetineerden, vijftien in totaal. Net zoals in een gevangenis mogen ze de woning niet zomaar verlaten. Wel om te werken bijvoorbeeld, of om een opleiding te volgen. Het toezicht daarop gebeurt met toegangscontrole en bewakingscamera's. Niet elke gedetineerde komt in aanmerking om het einde van zijn straf door te brengen in het transitiehuis. “Zedendelinquenten zijn uitgesloten”, zegt minister van Justitie Koen Geens (CD&V). Ook vluchtgevaarlijke gevangenen maken geen kans.
Een verschil met een verblijf in een gevangenis is dat gedetineerden de klok rond worden begeleid en opgevolgd door medewerkers van G4S Care, een privébedrijf waar de federale overheid mee samenwerkt. “Onze sociale werkers, psychologen en criminologen ondersteunen hen op alle levensdomeinen zoals werk, huisvesting, sociaal netwerk en zingeving. Het is de bedoeling dat de gedetineerden actief werken aan een succesvolle re-integratie en dat ze na hun verblijf opnieuw een goed leven kunnen opbouwen en voor zichzelf kunnen instaan”, vertelt Jean-Paul Van Avermaet, directeur bij G4S.
Mosterd komt uit Nederland
Het veiligheidsbedrijf laat zich voor de uitbating van het transitiehuis bijstaan door Exodus Nederland, waar ons land de mosterd haalt voor het project. Daar zijn al tien zulke huizen. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat gedetineerden na een verblijf in zo'n transitiehuis 5 tot 10% minder hervallen in crimineel gedrag dan anderen. Jan Eerbeek (71), een predikant uit Den Haag, was bijna veertig jaar geleden de oprichter van het eerste initiatief.
“Ik was predikant in de gevangenis van Scheveningen, de zwaarste van Nederland. De jongens die ik kende uit jeugdgevangenissen zag ik uiteindelijk terechtkomen in Scheveningen. Ik merkte dat ze in de criminaliteit bleven zitten”, zegt Eerbeek. Daar wilde de predikant met hulp van de kerk en de gemeenschap iets aan doen. “Door gedetineerden op te vangen als ze vrijkomen. In 1981 zijn we begonnen met een kleinschalig opvanginitiatief onder een flat in Den Haag. Vijf jaar later is daar een woonproject uit gegroeid en dat is uitgestroomd over heel Nederland”, vertelt Jan Eerbeek.
De uitdaging voor de samenleving ligt volgens hem in het doorbreken van de vicieuze cirkel waarin nogal wat criminelen terechtkomen. “Veel mensen die in criminaliteit vervallen, weten niet goed hoe ze hun dag moeten besteden. Het ontbreekt ze nogal eens aan sociale vaardigheden en ze geraken ook in de schulden omdat ze niet goed met hun inkomen weten om te gaan. Daarbij komt dat ze verkeerde vrienden maken. Daardoor krijg je dan weer maatschappelijke problemen: je hebt geen werk, je hebt geen huis en je contacten zitten alleen maar in de onderwereld. Eens je in die vicieuze cirkel geraakt, kom je er moeilijk uit. Heel wat mensen kunnen zich daar niet op eigen kracht uit bevrijden”, legt Eerbeek uit.
Tweede initiatief op komst
Exodus helpt gedetineerden daarbij op weg. “Als je huis wordt leeggehaald en je dierbare spulletjes verdwijnen, is dat natuurlijk vreselijk. Criminaliteit is vreselijk. De beste preventie tegen criminaliteit is investeren in de toekomst van gedetineerden. Je moet ervoor zorgen dat deze mensen gewone medeburgers worden die voor hun eigen bestaan kunnen zorgen”, zegt Jan Eerbeek nog. Minister Koen Geens hoopt alvast dat het proefproject in Mechelen in de periode 2020-2025 navolging krijgt op meer plaatsen in ons land. Het tweede transitiehuis opent binnenkort in het Waalse Edingen.
Sven Van Haezendonck