Naar aanleiding van de tweede internationale dag voor de slachtoffers van terrorisme werd woensdag een herdenkingsplechtigheid gehouden aan het Nationaal Monument op het Schumanplein.
Slachtoffers van de aanslagen op 22 maart 2016 in Brussel en hun familie woonden samen met slachtofferorganisaties V-Europe en Victim Support Europe, maar ook vicepremier Didier Reynders, federaal procureur Frédéric Van Leeuw en parlementaire leden van de onderzoekscommissie naar de aanslagen, de plechtigheid bij.
De herdenking staat in het teken van de tweede internationale dag voor de slachtoffers voor het terrorisme. Die dag werd vorig jaar op 21 augustus ingevoerd door de Verenigde Naties. "Deze dag is een belangrijke geste naar de wereld toe, om aan te tonen dat de mensen die gevallen zijn voor onze waarden en de democratie, geëerd worden. Op deze manier behouden we onze waarden", zegt Philip Vansteenkiste, directeur van V-Europe.
Vicepremier Reynders benadrukte ook in zijn speech dat de regering open blijft staan voor punten van kritiek en manieren waarop ze het leed van de slachtoffers kunnen verzachten. "We zijn nog ver van de juiste hulp aan slachtoffers van terrorisme. Wij brengen onze ongelukkige expertise mee en we zien duidelijk dat de regering de zaken probeert te doen evolueren. We hebben momenteel drie wetten die rechtstreeks gericht zijn op terreurslachtoffers. Er is dus vooruitgang. Alleen duurt het allemaal lang, maar dat is ook de realiteit van de complexiteit van ons land", stelt Vansteenkiste. (SZM)