Op dagen als Allerheiligen en Allerzielen denken we nog meer dan anders terug aan onze overledenen. Het einde van het leven komt voor eenieder op een verschillend moment, meestal zonder meer te vroeg, soms veel te vroeg. De zekerheid van de dood mag ons niet verlammen. Het levenseinde onder ogen zien als een gegeven is een manier om bewuster nù graag en goed te leven. Het is ook dat wat de geliefden die ons voorgingen van ons verwachten: dat we met hun warme na-gedachtenis in het hart en hun her-innering in het achterhoofd onze weg verderzetten.
Bij het einde van de uitvaartviering van een 86-jarige vriend, las zijn dochter volgend gedicht: “Ik open ‘t raam en laat het najaar binnen. Het onuitsprekelijke, het van weleer en van altijd. Als ik één ding begeer is het: dit tot het laatst te beminnen” (J.C. Bloem).
Lees de Week van Geens »