Pro-Deoadvocaten klagen al langer dat er te weinig geld zit in de pot waaruit ze hun betalingen krijgen. De Salduz-wet, waardoor gearresteerden op elk moment een beroep kunnen doen op een advocaat, heeft die nood nog verhoogd. 'De 70 miljoen euro die de overheid daar elk jaar voor uittrekt, voldoet niet meer', erkent minister van Justitie Koen Geens (CD&V).
Billijke vergoeding
Geens wil dat advocaten een 'billijke vergoeding' krijgen voor de prestaties die ze leveren. In het regeerakkoord stond al te lezen dat er voor een bijkomend pro-Deofonds in de richting wordt gekeken van veroordeelden, die een extra bijdrage zullen moeten betalen. Het wetsontwerp waar Geens aan werkt, is ondertussen iets specifieker. 'De filosofie is dat zij die geld gewonnen hebben door publieke instellingen op te lichten, bijdragen aan de sociale maatregel die de pro Deo is', zegt Geens.
Veroordeelden die fiscale fraude gepleegd hebben, geld van een bank achterover geslagen hebben of de concurrentieregels geschonden hebben, zullen bovenop de bestaande boete een extra bedrag moeten betalen dat in het pro-Deofonds wordt gestort. Ook fraudeurs die niet veroordeeld worden, maar hun rechtszaak afkopen via een minnelijke schikking, zullen een extra bedrag moeten betalen.
Op kruissnelheid
De rechters die de boetes uitspreken zullen zich moeten houden aan het nieuwe wettelijke kader, dat vermoedelijk pas zal ingaan vanaf eind 2016. Hoeveel de boetes zullen verhogen, is nog niet duidelijk, maar op kruissnelheid moet de nieuwe maatregel 30 miljoen euro per jaar opleveren. Het pro-Deofonds zou dan dus 100 miljoen euro moeten bevatten, in plaats van de huidige 70 miljoen.
Hannes Cattebeke