Om de kostprijs van het eenheidsstatuut voor de bedrijven te drukken, heeft de Regering in december afgesproken om in een fiscale vrijstelling voor het “sociaal passief” te voorzien. Deze regeling werd door minister van Financiën Koen Geens uitgewerkt en vandaag goedgekeurd in Ministerraad.
De regeling voorziet erin dat werkgevers per werknemer die 5 jaar anciënniteit in het eenheidsstatuut heeft bereikt, een bepaald deel van hun winsten of baten kunnen vrijstellen van belasting. Dat deel wordt per jaar vastgesteld op het loon van drie weken en op het loon van 1 week vanaf 20 jaar anciënniteit in het eenheidsstatuut.
Het vrijgestelde bedrag wordt terug aan de winsten of baten toegevoegd op het ogenblik dat de betrokken werknemer het bedrijf om gelijk welke reden verlaat. Aangezien de vrijstelling pas na 5 jaar anciënniteit in het eenheidsstatuut start, heeft de maatregel slechts een concrete budgettaire impact vanaf 2019.
Het maandloon dat als basis voor de vrijstelling dient, werd vandaag door de Ministerraad vastgelegd. Het bedraagt 1.500 Euro plus 30% van het gedeelte van het maandloon dat hoger is dan 1.500 Euro, met dien verstande dat het gedeelte van het maandloon dat hoger is dan 2.600 Euro geen recht geeft op een bijkomende vrijstelling.
Koen Geens: “Het eenheidsstatuut arbeiders-bedienden is een belangrijke stap vooruit voor ons land, maar heeft een belangrijke kost voor de werkgevers. Via de fiscale regeling voor het “sociaal passief” kom ik de werkgevers tegemoet en geef ik ze de mogelijkheid de kost in belangrijke mate te drukken.”