Het aantal faillissementen steeg in de eerste elf maanden van dit jaar gevoelig. Er waren 10.709 vonnissen, 9 procent meer dan in dezelfde periode van vorig jaar. Dat leren cijfers van Trends Business Information, dat cijfers van bedrijven verzamelt en analyseert. "Het is te kort door de bocht om hieruit te concluderen dat het slecht gaat met onze bedrijven", waarschuwt Burt Riské, algemeen directeur van Trends Business Information. "Door de nieuwe insolventiewetgeving, die geldt sinds mei 2018, kunnen meer ondernemingen sneller failliet worden verklaard. Op zich is dat een goede zaak, omdat het bedrijfsleven zo algemeenheid gezonder wordt."
Bijna twee derde van de faillissementen vond plaats bij bvba's. In een op de vijf van de gevallen ging het om een zelfstandige. Nieuw is dat ook vzw's failliet kunnen gaan. Dat was het geval voor 207 verenigingen. "Dat lijkt weinig, maar ik vrees dat dit slechts een begin is", waarschuwt Riské. "Ook werd de kring van natuurlijke personen die failliet kunnen gaan, uitgebreid tot vrije beroepen, zoals dokters en advocaten. Dat verhoogt ook het aantal mogelijke faillissementsdossiers."
De nieuwe insolventiewet versoepelde ook de herstart van een nieuwe activiteit. Terwijl een faillissement vroeger letterlijk als een 'falen' werd bestempeld, krijgen ondernemers nu sneller een tweede kans. Voorheen duurde het maanden of zelfs jaren vooraleer iemand via de 'verschoonbaarheid' vrijgesteld werd van schulden uit het faillissement. De nieuwe wet vervangt verschoonbaarheid door een snellere kwijtschelding van de schulden. In 2018 werden in amper 6 gevallen de schulden van het faillissement vrijgesteld. In de eerste tien maanden van 2019 gebeurde dat in 346 faillissementsdossiers. Riské: "Dat is erg weinig, als men weet dat een op de twee van de 10.000 faillissementen zeker niet frauduleus is. De kwijtschelding wordt weinig aangevraagd omdat het een zeer zware procedure is. Zo schiet de wet haar doel voorbij."
Spookbedrijven
Correcte ondernemers worden beter behandeld, maar zogenoemde spookbedrijven worden dan weer strenger aangepakt. In 2016 en 2017 vorderden de kamers van handelsonderzoeken 1914 keer de gerechtelijke ontbinding van spookbedrijven of ondernemingen die zeven maanden na afsluiting van het boekjaar geen jaarrekening hadden neergelegd. Dat aantal is nu al opgelopen tot 8400.
In de eerste elf maanden van dit jaar werden er ook 577 vonnissen uitgesproken tegen failliete natuurlijke personen wegens hun bestuurdersaansprakelijkheid. Dat is al veel meer dan in heel 2018 (461 vonnissen). "Dat is waarschijnlijk een gevolg van de verzwaarde bestuurdersaansprakelijkheid, die het nieuwe economische wetboek oplegt sinds mei 2019", weet Riské.
De aansprakelijkheid van bestuurders nam toe door de invoering van een nieuwe onrechtmatige daad: 'wrongful trading'. Ze hebben in dat geval een deficitaire activiteit of reddeloos verloren onderneming zonder kans op beterschap voortgezet. In dat geval kunnen ze door de curator financieel aansprakelijk worden gesteld. Vroeger kon dat enkel bij een 'kennelijk grove fout', als de rechter besliste dat hun optreden of passief blijven de marges te buiten ging van wat een 'normaal en redelijk bestuurder' in dezelfde omstandigheden zou doen.
De nieuwe bv's
Door de nieuwe vennootschapswetgeving worden bvba's omgevormd tot een bv (besloten vennootschap). Ze hebben tijd tot begin 2024 om hun statuten aan te passen. Bv's zeer flexibel kiezen uit maatregelen om hun beleid statutair te bepalen, zoals meervoudig stemrecht, geen verplicht minimumkapitaal of de financiële beperking van de bestuurdersaansprakelijkheid.
Slechts 1,3 procent van de bvba's vormde zich al om tot een bv via een statutenwijziging. "De overgrote meerderheid van de bvba's laat kansen liggen, want vanaf 1 januari 2020 worden een aantal dwingende maatregelen wel ingevoerd", meent Riské. "De aansprakelijkheid van bestuurders zal bijvoorbeeld stijgen. Het wordt moeilijker om dividenden uit te keren bij een negatief eigen vermogen of gebrek aan liquiditeit."
HANS BROCKMANS